De angst voor vetten zit niet in onze natuur

In 1961 is in de Verenigde Staten voor het eerst een “low fat diet” gepromoot door de American Heart Assiciation, met als belofte dat bypass operaties een uitzondering zouden zijn tegen het einde van de eeuw (missie niet geslaagd). De opgestelde richtlijnen door de American Heart Assiciation werden in 1977 overgenomen door de overheid en toegepast in voedingsadviezen ,met als gevolg dat er in de jaren 80 een verdrievoudiging werd waargenomen van kinderen met overgewicht. 

Bovenstaand is natuurlijk een voorbeeld uit de VS en van ruim 40 jaar geleden...maar onze lichamen werken - aan deze kant van de oceaan -hedendaags nog steeds hetzelfde. Wij hebben vetten nodig, punt. 
Vet is onvervangbaar in ons dieet. Het zorgt voor zoveel goeds dat we het niet met extra eiwitten en/of koolhydraten kunnen opvangen. 

Bij een dieet dat laag is in vet krijg je sneller fluctuaties in energie niveau, bloedsuiker kan meer schommelen, ontstekingen kunnen hardnekkiger zijn, de darmwerking kan verminderd zijn, en focus en gedachtes kunnen minder scherp zijn. Veel van onze cliënten komen bij ons binnen met meerdere van bovengenoemde klachten en vaak lossen wij het op door meer vetten toe te voegen in hun dieet. 

 

"Er zijn veel verschillende soorten vet, allemaal met een doel."

Iedereen kent de termen verzadigde en onverzadigde (enkelvoudig en meervoudig) en transvetten. Deze hebben bij lange na niet allemaal dezelfde werkingen in het menselijk lichaam. Eén ding hebben ze wel gemeen, ze beïnvloeden niet direct je bloedsuiker niveau en hebben dus geen direct invloed op insuline (hormoon voor het opslaan van energie). Alle bronnen van vet worden in je maag-darmkanaal afgebroken tot vetzuren (mits je gal en enzymen op niveau zijn) en worden daarna opgenomen in je bloedbaan. Deze vetzuren in je bloedbaan hoeven op zich nergens opgeslagen te worden, ze kunnen gewoon rond blijven drijven en gebruikt worden voor energie, als bouwstof voor celwanden of hormonen, of nog een tal van andere taken. 

Sommige vetzuren kunnen door je lichaam zelf worden gemaakt als het nodig is, deze zijn “niet essentieel”. Andere vetzuren kunnen niet zelf worden gemaakt en moeten dus uit voeding worden gehaald. Dit zijn de 'essentiële vetzuren' , te denken aan EPA en DHA, de voornaamste vetzuren in dierlijke omega 3 vetten.

 

Hoeveel vetten heb ik nodig?

Dit is waar vaak veel discussie ontstaat. Hoeveel vet is genoeg? Als globale richtlijn hanteren wij vaak 1 tot 2 gram vet per kilo lichaamsgewicht of 40% - 60% van totale energie inname, voornamelijk essentiële vetzuren, maar verzadigde vetten zijn soms net zo hard nodig. Dit is geheel afhankelijk van de persoon in kwestie en is afhankelijk van vetpercentage, klachten en doelstellingen. 

Heb je nog vragen over vetten of ben je geinteresseerd in een op maat gemaakt advies? Je kan altijd bij ons terecht voor een uitgebreide intake.

Enjoy!

Mike